Menu Zoeken

Eylard van Hall

Geboren in 1949, voormalig chef fotoredactie Algemeen Dagblad. Foto: Anne Lugthart.

"Kwalitatief is het veel beter geworden, inhoudelijker. Maar tegelijkertijd is het voor fotografen ook veel onzekerder geworden. Ik zou mijn zoon niet adviseren om fotograaf te worden." Eylard heeft ruim 30 jaar als fotoredacteur gewerkt en veel zien veranderen: "Je moet nu echt tot de top behoren, daaronder is het zo moeilijk geworden. Vroeger was het breder, toen konden ook de mindere talenten er hun beroep van maken. Er was meer werk. De betere stock bestond feitelijk niet. Alles werd gefotografeerd voor de krant. Goede stock was ook duur, bijna net zo duur als zelf maken en dat deden we dan ook. Nu heb je voor een paar euro en een druk op de knop een kwalitatief goede foto. Zelf alles invullen, dat is denk ik voor de helft verdwenen."

De digitalisering heeft veel veranderd: "Snelheid en kwaliteit. Bij sport bijvoorbeeld. De fotograaf hoeft nu niet meer in de rust zijn rolletjes te ontwikkelen en zijn foto doorsturen, dat gaat de hele wedstrijd door. De fotograaf kan zich nu veel meer concentreren op het fotograferen, het randgebeuren is weg. Leren kiezen wordt natuurlijk belangrijker, want je maakt nu veel meer foto's. En dat kiezen is voor bijna iedere fotograaf een probleem."

Bij het Algemeen Dagblad meldden zich regelmatig nieuwe fotografen: "Met zo'n mooie map waar ze heel lang aan hebben gewerkt, met alleen de allermooiste afdrukken. Maar ik wil zien hoe ze een digitaal product aanleveren of ze kunnen seinen. Want als ze dat niet kunnen, dan zijn ze nog niet klaar voor de krant. Het blijft een aparte tak van sport. Ook bij stagiaires is er vaak een gebrek aan techniek. Basale dingen ook. Kunnen ze bijvoorbeeld niet flitsen, hebben ze dat nog niet geleerd.

Bij stagiaires zie ik ook vaak dat ze nog moeten leren om dichtbij te durven komen. Letterlijk. In het begin fotografen ze allemaal op afstand, zijn ze te verlegen. Sociale behendigheid, zowel richting je onderwerp als je opdrachtgever is heel belangrijk."

Van de fotografie in de kranten is volgens Eylard niet veel meer over: "Alle fotografen zijn er uitgejaagd, wegbezuinigd. Een handjevol kan er in Nederland nog van leven. Bij het Algemeen Dagblad moesten journalisten en cursusje fotografie doen, om een kiekje te kunnen maken. Puur illustratief, een plaatje bij een praatje. Het begint vaak met een portret bij een interview, maar het gaat al snel veel verder. Technisch kan het ook, als je hem op de automaat zet. Maar of de lezer er iets aan heeft of hij die foto verder nog bekijkt? Het is bladvulling, oppervlakkig. Inhoudelijk stellen die kiekjes niets voor. De krant is weer helemaal van de schrijvende journalisten."

"Fotografen en fotoredactie waren altijd al in de minderheid, hooguit 10% van de redactie. Voor een journalist is z'n verhaal altijd het belangrijkste, hoe meer woorden hoe beter. Fotografie was belangrijk in de jaren '80. Dat zag je overal. Hoofdredacteuren hadden affiniteit met beeld en economisch ging het nog goed. Maar toen er bezuinigd moest worden was fotografie al snel minder belangrijk. Fotografen waren meestal freelancers en die belde je dan gewoon niet meer. Een heel gemakkelijke manier van schrappen. En stock werd alsmaar beter en goedkoper."

Om je brood te verdienen bij een krant wordt steeds moeilijker: "Met de huidige tarieven moet je minstens acht opdrachten per dag maken, maar dan kan je nauwelijks nog je auto uitstappen. Ik zie nog wel mooie dingen. Eigen initiatieven, eigen projecten. Maar of dat wat opbrengt? Sommige gebruiken de krant als uithangbord en combineren het met commercieel werk. Maar dat zijn uitzonderingen.

Ik heb altijd met een vast team van fotografen gewerkt. Een groep van een man of tien. Die hadden dan allemaal een redelijk inkomen en ik kon daardoor op ze rekenen. Het begint allemaal met beschikbaarheid. En snelheid. Dat is heel belangrijk voor een krantenfotograaf. En creativiteit, ergens iets van kunnen maken als het er eigenlijk niet is.

Het ondernemerschap wordt niet goed aangeleerd en dat is zo belangrijk. Je hebt gewoon een winkeltje met alle verplichtingen die daarbij komen kijken. Maar jezelf verkopen? Dat blijft altijd lastig. Als je goed bent, dan ziet men dat wel aan je fotografie."