Menu Zoeken

Nabootsingen in gewijzigde vorm

Naast het letterlijk overnemen van foto's beschermt de Auteurswet fotografen ook tegen nabootsingen in gewijzigde vorm. Hierbij is het vaststellen van een inbreukmakende gelijkenis ingewikkelder dan bij het kopiëren van foto's, de gelijkenis spreekt daarbij immers voor zichzelf. Wanneer een gefotografeerd, nagetekend of anderszins geproduceerd beeld in verregaande mate op een eerdere foto lijkt maar geen exacte kopie is, doemt de vraag op wat auteursrechtelijk gezien wel en niet is toegestaan.
Bij inbreukkwesties vergelijken juristen met name de totaalindrukken van twee werken. Maar daarbij telt niet alles mee: ideeën, ingevingen, gedachten, stijlen, genres en methoden zijn niet beschermd en worden bij die vergelijking dus buiten beschouwing gelaten. Datzelfde geldt voor het kiezen van een object, zoals een gebouw, brug, kunstwerk of persoon. Het ontbreken van algemene normen over oorspronkelijkheid en gelijkenis maakt inbreukzaken vaak tot een subjectieve aangelegenheid. In juridische procedures moeten rechters bij dit soort vraagstukken namelijk steeds afgaan op hun persoonlijke indrukken. Daar komt bij dat elke fotograaf, elke kunstenaar en elke muzikant zich mag laten inspireren door het werk van anderen. De meeste creatieve processen bestaan nu eenmaal uit inspiratie door bestaand werk om daar vervolgens iets nieuws en eigens aan toe te voegen. Het is soms moeilijk om de grens aan te geven tussen het toelaatbare 'inspireren' en het ontoelaatbare 'overnemen'.